Blog Post

Een onderwijs-kritisch artikel

  • door Mariëlle Brink
  • 05 okt, 2018
Mijn interesse in onderwijs is ontstaan sinds de dag dat mijn oudste voor het eerst naar school ging. Bleu als ik was, volgde ik alle instructies en uitnodigingen op: een cadeautje maken voor de verjaardag van juf; helpen met het versieren van de school voor Sinterklaas, Kerst en Pasen; koken voor het Kerstdiner; Paasontbijt maken; luizenpluizen; de ouderbijdrage voldoen; begeleiden op schoolreisjes; enquêtes invullen over oudertevredenheid en wat al niet meer. Ik vond het soms wat veel, zeker naast een fulltime baan, maar het beloofde een leuke schooltijd te worden!


En dan toch een kritisch artikel met een oproep aan het onderwijs om sommige opvattingen eens te herzien.

Voordat je verder leest, wil ik de onderwijsprofessionals die het lezen vragen om zich alleen aangesproken te voelen als je iets herkent in je eigen gedrag of opvattingen. Gaat dit niet over jou? Dan is de kritiek niet voor jou bedoeld en nodig ik je uit om samen met andere leerkrachten en ouders écht verschil te gaan maken.

Dit blog gaat over machtsmisbruik in het onderwijs. Gebaseerd op eigen ervaringen én die van andere ouders.

Ik was niet de enige, die zo betrokken en behulpzaam was. Vrijwel iedere ouder van vriendjes en vriendinnetjes van mijn dochter, hielp mee. Toch vond de school de ouderbetrokkenheid laag. En toch klaagden veel ouders over het ontbreken van hulp door anderen: ‘Het zijn altijd dezelfde mensen, die helpen’, zong het dan rond op het schoolplein. Een opbouwende en gezellig sfeer werd daarmee gedwarsboomd.

De communicatie werd diffuus

Ik besloot me verkiesbaar te stellen voor de Medezeggenschapsraad en werd gekozen. Maandenlang verliep alles transparant en was de communicatie open. Ik vond dat de MR een hele professionele houding had en we maakten echt werk van ons ‘huiswerk’. Ik kreeg nog meer waardering voor de school en de wijze waarop zij hun plannen maakten, tot uitvoering brachten én evalueerden in de MR.  

Totdat de schooltijden gewijzigd moesten worden, om de werkdruk van de leerkrachten te verminderen…

De oudergeleding uit de MR hield een enquête onder ouders en de uitkomst was, dat de ouders niet instemden om velerlei redenen. De oudergeleding in de MR stemde dus tegen dit plan. En toen begon het manipulatieve spel.

De communicatie werd diffuus, er ontstond een klimaat in de MR van leerkrachten tegen de ouders. Troebele mails liepen mijn mailbox in, waarin niet iedereen werd gekopieerd. Het begon te lijken op verdeel- en heerspraktijken, geroddel.

In de MR-vergaderingen werd de werkdruk van leerkrachten door de leerkrachten zelf ervaren als een zwaardere druk, dan de druk die ouders zouden voelen in het organiseren van hun werk rond de voorgestelde schooltijden. Door een roosterwijziging, zouden de leerkrachten er twee tientjes per maand op achteruit gaan. Uit de enquête bleek, dat sommige ouders honderden euro’s per maand minder zouden gaan verdienen: door de voorgestelde schooltijdenwijziging, zouden enkele namelijk structureel minder uren kunnen werken.

De leerkrachten vonden dat een raar argument, want ouders konden toch ander werk zoeken? Of hun kind naar de opvang brengen? Bovendien was alles buiten het onderwijs nooit zo stressvol als het onderwijs, zo werd de toon. En ouders moesten vooral niet denken dat school een opvang was voor hun kinderen.

Dat leerkrachten hun eigen kinderen ook ‘onder brachten’ op school of een andere school, was natuurlijk iets heel anders. Ongelijkwaardigheid voerde ineens de boventoon in de vergaderingen: ‘Wij leerkrachten hebben het hoe dan ook zwaarder dan de ouders’. Zo leek de opvatting.

Moeizame gesprekken met Intern Begeleiders

Toen mijn tweede kind naar school ging, voerde ik vele gesprekken met Intern Begeleiders. Ook in deze gesprekken, merkte ik, dat de gelijkwaardigheid ver te zoeken was. Kers op de slagroom was, dat een IB-er wel tien minuten (!) heeft geobserveerd, net toen mijn zoon zijn beker liet vallen. In het dossier kwam te staan, dat hij ‘motorisch onhandig’ is, waarnaar zij in de gesprekken verwees als ‘clumsy’. En dat, terwijl mijn zoon salto’s, radslagen, schroefsalto’s en arabieren maakt op de trampoline en naar eigen inzicht zonder voorbeeld de meest geavanceerde lego-vlieg- en ruimtevaarttuigen in elkaar zet. Met zijn grove en fijne motoriek is dus niets mis. Op het moment, dat ik deze voorbeelden gaf in een gesprek, was het weerwoord, dat mijn zoon eigenlijk al te oud was voor lego. Aan het dossier werd toegevoegd: ‘is nog erg speels’.

Ik begon te voelen, dat het niet uitmaakte wat ik zei en dat de IB-er in alles wat ik zei een afwijking zag in mijn kind: spelen met lego werd ‘speels’, zijn zachte karakter werd ‘niet weerbaar’, zijn fantasie werd ‘korte concentratieboog’, zijn desinteresse in voetballen werd ‘onhandig met de bal’, zijn gemiddelde lengte werd ‘klein’, brildragend werd ‘slechtziend’, het hebben van drie beste vrienden werd vertaald als ‘te weinig sociale contacten’.

Ik kreeg een steeds sterker gevoel, dat de persoonlijke weerstand van de IB-er jegens mij, werd uitgespeeld over de rug van mijn zoon. Doelredeneringen van haar waren de uitkomst.

Er is meer ongelijkwaardigheid in onderwijs

Maar er zijn meer ongelijkwaardigheden dan alleen in gesprekken, blijkt uit de gesprekken die ik met andere ouders had.

Zo worden kinderen geacht hun onderwijstijd te volbrengen en krijgen sommige ouders boetes van de leerplichtambtenaar, omdat hun kind een paar keer te laat kwam. Maar dezelfde scholen die de leerplichtambtenaar zo graag betrekken, doen wel mee aan de stakingen en sturen kinderen voor straf de klas uit. In onderwijstijd… Dan mag het dus wel.

Ook lees ik vaak in onderwijsforums, dat leerkrachten vinden dat ouders hun kinderen ‘maar dumpen op school en verwachten, dat de school alles oplost’. Tegelijkertijd, wordt ouders de mond gesnoerd, die zich nadrukkelijker bemoeien met de ontwikkeling van hun kind. Scholen willen dus wel ouderbetrokkenheid, maar de uiting mag kennelijk niet gaan over wat de school hun expertise noemt: de ontwikkeling van kinderen. De serie ‘De Luizenmoeder’ is daarmee heel realistisch in alle hilariteit die daar wordt getoond. Blijkbaar hebben ouders geen weet van opvoeding, geen kennis van ontwikkeling en geen idee wat ze aan het doen zijn in hun ouderschap.

En wat te denken van kinderen, die worden geacht op tijd te komen, hun werk af te maken en afspraken na te komen, terwijl scholen beloven bepaalde informatie te sturen, maar het niet doen? Of beloven die Powerpoint van de ouderavond direct te mailen, maar dit niet doen? Of de schoolgids te actualiseren, maar dit niet doen? Of het tien minuten gesprek afzeggen, waarvoor jij als ouder net je werktijden had verschoven? Mogen scholen meer dan ouders en kinderen als het gaat om het nakomen van afspraken?

Zonder volledig te kunnen zijn, een laatste voorbeeld: scholen communiceren vaak over de ‘verplichte’ ouderbijdrage. Maar deze is helemaal niet verplicht! Dat is zo geregeld in de wet. Het lef dat deze scholen tonen door te liegen hierover, noem ik manipulatie. En ze komen ermee weg, niemand wijst ze erop. Ouders die scholen er wel op wijzen, worden af geserveerd met de mededeling, dat de regels en wetten het domein van het onderwijs zijn, niet van de ouders. En zo worden vele monden gesnoerd.

Macht van het onderwijs

En dat kan alleen, omdat scholen macht hebben. Verkregen via de leerplicht en schoolplicht en in stand gehouden door een centrale overheid, die ook in control wil zijn. Verplichte winkelnering heeft nog nooit geleid tot een eerlijk product of eerlijke dienst. Slechts tot manipulatie en machtsmisbruik. Van navelstaren word je niet beter. Van kennisdeling met anderen wel.

Echt gelijkwaardige communicatie kent geen hiërarchie. De één is niet beter dan de ander. Alle meningen en visies mogen gedeeld worden. Er is geen macht in gelijkwaardige communicatie.

Hoe is het dan mogelijk, dat er scholen zijn die de mond vol hebben van ‘een gelijkwaardige omgang met ieder kind en de omgeving van het kind’, maar in de praktijk geen idee hebben hoe ze juist ongelijkwaardigheid realiseren? De gesloten cultuur is in mijn opvatting hetgeen een blinde vlek gecreëerd heeft binnen vele scholen. Het is geen onwil van onderwijsmensen, maar opgesloten zitten in een systeem, dat zichzelf niet reflecteert via input van anderen, maar via het systeem zelf.

Dat kan en moet anders.

Share by: